Transparante dialoog over internetgovernance belangrijker dan ooit
De rol van het IGF voor een vrij, open, neutraal en veilig internet
De rol van het IGF voor een vrij, open, neutraal en veilig internet
SIDN is verantwoordelijk voor het beheer en de continue beschikbaarheid van het .nl-domein. Deze rol zorgt voor een sterke en vanzelfsprekende verbondenheid met Nederland, en als zodanig zijn we voor de meeste mensen zichtbaar. Maar het internet strekt natuurlijk niet tot onze landsgrenzen, en eindigt ook niet bij de buitenposten van de Europese Unie of de Verenigde Staten. Hoe zorgen we ervoor, met name in deze tijd van groeiende geopolitieke spanningen, dat het wereldomspannende internet zijn verbonden karakter behoudt?
Het internet verbindt wereldwijd mensen en organisaties, zonder sturing door een centrale autoriteit, op basis van open technische standaarden en gezamenlijk georganiseerde faciliteiten en technologieën als het Domain Name System (DNS) en de allocatie van Internet Protocol (IP) adressen. Het internet is verworden tot een content-agnostisch ‘netwerk van netwerken’, waarbij tienduizenden onafhankelijk van elkaar opererende autonome systemen met elkaar koppelen. Als zodanig heeft het ervoor gezorgd dat in relatief korte tijd miljarden eindgebruikers wereldwijd met elkaar zijn gaan communiceren voor werk, educatie, het gebruik van publieke voorzieningen en ontspanning. Inmiddels is bij ons in het Westen het continu online zijn een vanzelfsprekendheid, jongeren weten niet beter, maar deze organisch gegroeide verbondenheid, zeker met de huidige geopolitieke ontwikkelingen, is kwetsbaar. Daar komt bij dat een derde van de wereldbevolking, met name in ontwikkelingslanden, überhaupt nog niet over internetconnectiviteit beschikt. Hoe die ‘digital divide’ te slechten en gelijktijdig de kernwaarden te behouden die het internet zo succesvol hebben gemaakt? Wat is ervoor nodig het internet vrij, open, neutraal en veilig te houden, zodat iedere wereldburger op termijn de vruchten kan plukken van de kansen die digitalisering en verbondenheid bieden? Daartoe is mondiale samenwerking vereist: tussen overheden, infrastructuurproviders, de private sector, de academische en technische community, en maatschappelijke organisaties die de belangen van eindgebruikers vertegenwoordigen.
Meer dan 20 jaar geleden vonden de eerste discussies plaats bij Verenigde Naties (VN) over het streven om samen de zogenaamde globale ‘information society’ vorm te geven. En om daarbij het belang van een globaal verbonden en neutraal internet te benadrukken en over wat de rol is van verschillende belanghebbenden, de ‘stakeholders’. Doel van de plannen was ook om centrale, publieke voorzieningen als de ontwikkeling van technische standaarden, het DNS en de allocatie van IP-adresruimte niet te politiseren, en de neutrale rol van non-profit beheerorganisaties als ICANN, de IETF en de Regional Internet Registries in die context te erkennen en te borgen.
Tijdens de door de VN gehouden World Summit on the Information Society (WSIS) in 2005 werden op globaal niveau afspraken gemaakt en vastgelegd in de zogenaamde Tunis Agenda, bekrachtigd door de Algemene Vergadering van de VN. De term ‘Internet Governance’ werd gelanceerd, alsook de ‘multistakeholder’-aanpak: dit is de vereiste samenwerking, op gelijkwaardige basis, tussen de verschillende belanghebbenden die ertoe moet leiden dat de positieve impact van de ‘information society’ wereldwijd is.
Een overlegstructuur die uit de WSIS vooruitkwam, was het Internet Governance Forum (IGF). En hoewel het secretariaat van het IGF, en daarmee de organisatie zelf, onder de VN valt, werd het programma van het forum vanaf de eerste dag gedreven door een Multi-stakeholder Advisory Group (MAG). De eerste editie van het IGF was in 2006, en SIDN was er vanaf het begin bij. Vervolgens is het IGF twee decennia jaarlijks het primaire multistakeholderplatform geweest voor de globale dialoog over internetgovernance, iedere keer weliswaar met een tijdelijk verlengd mandaat. Dit jaar vond het IGF plaats in juni in Oslo. Het was de twintigste editie. SIDN en het SIDN fonds maakten deel uit van de informele Nederlandse delegatie. En weer is het mandaat van het IGF ten einde gekomen. Daarover later meer.
Een uniek aspect aan het IGF is dat het een gremium is waar geen bindende beslissingen worden genomen, noch waar regulering tot stand komt. Het is een plek voor open, inclusieve en geïnformeerde discussies. Het netwerken, kennisdelen en het bevorderen van dialoog en begrip tussen stakeholders draagt op deze manier bij aan betere beleidsvorming elders. Het gaat om het gedeelde besef dat effectief beleid op digitale thema’s begint bij het luisteren naar, en het meewegen van, de standpunten van verschillende betrokken partijen. Daarbij is het essentieel dat diplomaten en ambtenaren, verantwoordelijk voor publieke besluitvorming in hun eigen jurisdicties, zich kennis eigen maken met betrekking tot de technische aspecten van digitale ontwikkelingen die ze trachten te reguleren. Hetzelfde geldt voor technische experts, die in aanraking komen met de beleidsmatige belangen als het gaat om de grensoverschrijdende impact van internettechnologie.
In eerste instantie richtten discussies bij het IGF zich vooral op ‘governance of the internet’ als neutraal verbonden netwerk van netwerken, op technische aspecten als de adoptie van open standaarden als IPv6 en DNSSEC, encryptie, de uitrol van fibernetwerken en de rol van Internet Exchange Points. Maar ook op de positie van ICANN als Amerikaanse organisatie bij de globale coördinatie van het DNS. Gaandeweg zijn onderwerpen gerelateerd aan ‘governance on the internet’ een prominentere plek op de agenda gaan innemen. Denk aan digitale rechten, privacy, abusebestrijding en cybersecurity, het ontstaan van een ‘Internet of Things’, en actuele topics als misinformatie online, datagovernance en artificiële intelligentie (AI).
Het feit dat het IGF geen beslissingsbevoegdheid heeft, is een kracht. Maar het leidt er ook toe dat het wordt gezien als een platform met beperkte invloed, betekenis zelfs, vanwege een gepercipieerd gebrek aan concrete output en dus impact. Hoe zou de wereld er echter hebben uitgezien zonder het IGF en de kernwaarden waar het platform voor staat? Waarschijnlijk zouden we een multilateraal gereguleerd internet hebben, bestuurd vanuit één centraal intergovernmenteel orgaan, bijvoorbeeld de International Telecommunications Union (ITU) van de VN. De waarde van het IGF wordt dus breed erkend, toch wordt de noodzaak gevoeld meer zichtbaarheid van het jaarlijkse IGF te creëren, voor wat betreft de uitkomsten van discussies, de ‘output’ van het forum.
Zoals gezegd is wederom een tijdelijk mandaat van het IGF tot een einde gekomen. Als onderdeel van een formele review van WSIS, 20 jaren na de Tunisagenda (‘WSIS +20’), in de vorm van een door de algemene vergadering van de VN in december aan te nemen resolutie, staat ook de verlenging van het IGF op de agenda. Na een proces van openbare consultaties is recent een Zero Draft gepubliceerd die pleit (‘we decide’) dat ‘the Internet Governance Forum shall be made a permanent forum of the United Nations’. Ook zegt de Zero Draft dat de WSIS-actielijnen niet herzien hoeven te worden, dat de algemene vergadering van de VN de Tunisagenda, de definitie van Internet Governance, en de multistakeholderaanpak onderschrijft, en dat met een focus op de bescherming van online mensenrechten en het slechten van de digitale kloof. SIDN is blij met de voorgestelde Zero Draft, ondanks dat de uiteindelijke VN-declaratie nog uitonderhandeld moet worden.
Wat SIDN betreft hebben we geen nieuwe overlegstructuren nodig, maar een commitment dat het bestaande governancemodel, dat met het IGF al decennia heeft geleverd, nog steeds werkt en ‘fit for purpose’ is. WSIS +20 moet bijdragen aan een bevestiging van een set gezamenlijk gedragen globale ambities. Als dat niet lukt, dan lopen we het risico dat fragmentatie van posities leidt tot fragmentatie van governance en vervolgens tot fragmentatie van het internet zelf. En dat is geen ondenkbaar scenario, gezien de geopolitieke spanningen en het streven door sommige overheden, VN-lidstaten, naar (inter)governmentele controle, zeggenschap en vergaande af te dwingen autonomie. Het IGF heeft een cruciale rol gespeeld bij het uitdragen van kernwaarden als de bescherming van een open, vrij en veilig internet voor iedereen, en het forum heeft bijgedragen aan de opbouw van wereldwijd vertrouwen. Dat moet zo blijven. In een tijd waarin geopolitieke spanningen sterk toenemen én digitale technologie steeds sneller en ingrijpender ons leven beïnvloedt, is een inclusieve en transparante dialoog over internetgovernance belangrijker dan ooit.
SIDN is aangesloten bij de Technical Community Coalition for Multistakeholderism (TCCM) en geeft op die manier input in het VN WSIS +20 consultatieproces. Daarnaast overleggen we via het Netherlands Internet Governance Forum (NL-IGF) met de betrokken beleidsmedewerkers van de ministeries van Economische Zaken en Buitenlandse Zaken om hen te helpen bij de bepaling van hun WSIS +20-inbreng namens Nederland.