AI en overheidswebsites: bedreigingen en kansen

AI-gebruikers bezoeken minder overheidswebsites

Logo van de Nederlandse rijksoverheid

Donderdag 20 november was SIDN partner van het ECP Jaarfestival. Namens SIDN presenteerde Michiel Henneke, marketingmanager voor het .nl-domein, de resultaten van een onderzoek met GfK. Dit onderzoek richt zich op de correlatie tussen AI-gebruik en websitebezoek in het algemeen en bezoek aan overheidswebsites in het bijzonder. Is AI een bedreiging voor informatieverstrekking vanuit de overheid? En wat kan de overheid hier aan doen? Een korte weergave van de resultaten.

AI razendsnel in opkomst

Kunstmatige intelligentie (AI) verandert de manier waarop we informatie zoeken en gebruiken razendsnel. Waar het internet jarenlang draaide om zoekmachines en het intypen van URL’s, zien we nu een verschuiving: AI-tools zoals ChatGPT geven direct antwoord op vragen, zonder dat gebruikers nog een website bezoeken. Tussen september 2023 en september 2025 nam het bereik van AI-tools exponentieel toe in alle leeftijdsgroepen. Inmiddels gebruikt meer dan de helft van alle Nederlanders minimaal eens per maand een AI-tool.

Bereik AI-tools per leeftijdssegment 2023 – 2025

Figuur 1: Bereik AI-tools per leeftijdssegment 2023 – 2025 (Bron: GFK GXL).

Van zoekmachine naar AI-assistent

Traditioneel was een website het eindpunt van een zoektocht: voor informatie, contact of een transactie. Zoekmachines verwezen door, webshops waren standalone, en blogs waren een belangrijke bron. Vandaag is dat anders. Google geeft steeds vaker direct antwoord, social media verdringen blogs, en AI-tools leveren kant-en-klare informatie binnen hun eigen interface. Uit cijfers van GfK blijkt dat het gebruik van AI-tools sinds 2023 explosief is gestegen, vooral onder jongeren. ChatGPT is met afstand de dominante speler, gevolgd door Copilot (Microsoft) en Gemini (Google).

AI-gebruikers bezoeken minder overheidswebsites

Maar wat betekent dit nu concreet voor de overheid? Ons onderzoek met GfK laat zien dat AI-gebruik correleert met een daling in het bezoek aan .nl-domeinnamen, waaronder ook alle belangrijke overheidsdomeinen. Vooral jongeren (13-24 jaar) en mobiele gebruikers laten een sterke afname zien. Het totale bezoek aan overheidswebsites stijgt nog licht, maar dat komt vooral door oudere doelgroepen die de sites vanaf laptop en pc bezoeken.

Bezoekfrequentie overheidswebsites per maand

Figuur 2: Bezoekfrequentie overheidswebsites per maand.

Is dit een probleem voor de overheid?

Maar wat betekent dit nu voor de overheid? Is dit een probleem? Het antwoord is genuanceerd. Enerzijds blijven overheidswebsites de ultieme bron en referentie en blijven de websites noodzakelijke contactpunten voor de uitvoering van essentiële handelingen zoals belastingaangifte doen. AI kan de overheid zelfs werk uit handen nemen door complexe informatie begrijpelijk samen te vatten.

Anderzijds betekent minder direct bezoek minder grip op de informatievoorziening. De overheid kan AI niet direct controleren. En hoewel er Europese regels zijn, ontbreken Europese AI-alternatieven grotendeels, waardoor afhankelijkheid van niet-Europese aanbieders groot blijft.

Kansen voor de overheid

De uitdaging is duidelijk: hoe zorg je dat betrouwbare informatie ook in een AI-gedreven internet toegankelijk blijft? Overheden kunnen inspelen door:

  • Open data en API’s beschikbaar te stellen, zodat AI-tools correcte informatie gebruiken.

  • Content optimaliseren voor AI, bijvoorbeeld door heldere structuur en actuele metadata.

  • Samenwerking zoeken met (Europese) AI-aanbieders om officiële bronnen te integreren.

  • Digitale geletterdheid stimuleren, zodat burgers kritisch blijven op AI-antwoorden.

AI is geen tijdelijke hype, maar een structurele verandering in online gedrag. Voor overheidswebsites betekent dit niet het einde, maar wel een nieuwe fase waarin vindbaarheid en betrouwbaarheid opnieuw moeten worden uitgevonden.